- Business Vrienden Kankeronderzoekfonds Limburg
- Onderzoeken
Onderzoeken
De opbrengst van Kankeronderzoekfonds Limburg Business Vrienden komt ten goede aan baanbrekend onderzoek in Limburg.
Wetenschappelijk onderzoek dat bijdraagt aan zorg op maat en preventie van kanker met als resultaat geïntegreerde zorg en onderzoek, gericht op de individuele patiënt en zijn omgeving.
De Business Vrienden steunen momenteel vijf verschillende onderzoeken. (Lees hier meer over onder de foto.)
Je kunt ze zien als soldaten in je lichaam, die de ‘slechteriken’ uit de weg ruimen. De ‘slechteriken’ zijn in dit geval kankercellen. Killercellen zijn een belangrijk onderdeel van ons immuunsysteem, dat voorkomt dat we ziek worden. Maar soms weten kankercellen deze killercellen te omzeilen. Onderzoekers in Maastricht maken daarom in het laboratorium extra sterke killercellen. Het doel is ze in de toekomst aan patiënten te geven bij wie de eigen killercellen niet goed werken. Zo kan de behandeling van eerst beenmerg- en borstkanker, maar later ook andere kankervormen, verbeterd worden.
Immuuntherapie: een flinke oppepper voor het immuunsysteem
Misschien komt de term ‘immuuntherapie’ je bekend voor? Het is een behandelvorm tegen kanker die nog volop in ontwikkeling is en waar artsen en wetenschappers hoge verwachtingen van hebben. Kankercellen blijken namelijk in staat zich te voor te doen als gezonde cellen. Dan herkent het immuunsysteem (dus ook de killercellen) ze niet. Bij immunotherapie krijgt het eigen immuunsysteem een flinke oppepper, zodat het zijn belangrijke taak weer kan uitvoeren: het opruimen van ziekteverwekkers, zoals kankercellen.
Hoe doe je dat dan precies?
Om vooruit te komen met medische behandelingen, moet je eerst precies weten hoe het zit. Wetenschappers onderzoeken daarom hoe de killercellen eigenlijk werken. Waar zitten ze in het lichaam? Hoe sturen ze de andere cellen in het immuunsysteem aan om te helpen bij het opruimen van kankercellen? Uit eerder onderzoek is al gebleken dat killercellen van een ander persoon (een donor) veel beter in staat zijn kankercellen op te ruimen dan eigen killercellen. Ontsnappen aan deze ‘lichaamsvreemde agenten’ is haast onmogelijk. Ook hebben wetenschappers al een aantal manieren gevonden om killercellen in het lab extra sterk en actief te maken en om ze te vermeerderen.
Veiligheid voorop: van dier naar mens
Voordat je zo’n nieuwe behandeling op mensen gaat testen, moet je eerst zeker weten dat het veilig is. Dat gebeurt meestal in muizen: ook de behandeling met donor killercellen is zo getest. Borstkanker en de ziekte van Kahler (een vorm van beenmergkanker) kan bij muizen genezen worden met deze behandeling. Omdat een killercel alleen kankercellen zal aanvallen en gezonde cellen met rust laat, verwachten de onderzoekers weinig nare bijwerkingen voor de patiënt. Die zal de donor killercellen via een injectie of infuus toegediend krijgen.
Maar voordat het zover is, moeten wetenschappers door kunnen met hun belangrijke werk. Werk jij mee? Steun kankeronderzoek in Limburg en word Vriend!
Nierkanker wordt vaak per toeval ontdekt, bijvoorbeeld bij het maken van een scan voor een andere klacht. Het is dan moeilijk te zeggen of de tumor goed- of kwaadaardig is. Meestal wordt (een deel van) de nier verwijderd. Na die operatie blijkt dat 25-50% van deze tumoren daadwerkelijk kwaadaardig is. Zo ondergaan ook mensen met goedaardige tumoren dus (onnodig) een zware operatie. Het is één van de uitdagingen rond nierkanker, waarvoor Maastrichtse onderzoekers een oplossing zoeken. En die oplossing ligt misschien wel in biomarkers.
Biomarkers? Wat zijn dat?
Biomarkers zijn stofjes in het lichaam die iets zichtbaar maken. Ze worden al jaren in de medische wereld gebruikt. Denk aan het HCG-gehalte in urine om een zwangerschap aan te tonen. Of bepaalde bacteriën in urine die wijzen op een blaasontsteking. Het is een makkelijke, patiëntvriendelijke manier om een diagnose te kunnen stellen. Onderzoekers van het Maastricht UMC+ willen biomarkers ontdekken in de urine, die wijzen op nierkanker en of het kwaad- of goedaardig is.
De voordelen die biomarkers bij nierkanker kunnen bieden
Vroeg opsporen van nierkanker is belangrijk. Als je er laat bij bent en er zijn al uitzaaiingen, dan is de overlevingskans niet zo groot. Ongeveer 30% van de patiënten heeft uitzaaiingen als de diagnose wordt gesteld. Bij een andere 30% van de patiënten komt de nierkanker terug na de operatie. Deze twee patiëntengroepen, met een zogenoemd ‘ongunstig ziektebeloop’, wil je liefst vroeg herkennen. Dan kun je er namelijk rekening mee houden in de behandeling. Ook hier zouden biomarkers een rol kunnen spelen, denken de onderzoekers.
Het doel: een nieuwe urinetest die een schat aan informatie oplevert
Nieuwe biomarkers ontdekken is niet zo gemakkelijk. De Maastrichtse onderzoekers ontwikkelden daarvoor al een unieke, nieuwe methode. Nergens in de wereld wordt dit onderzoek gedaan. Daarnaast gaan ze een grote verzameling urinemonsters van patiënten aanleggen (een biobank), om het onderzoek vooruit te helpen. Veel patiënten die op de Maastrichtse polikliniek Urologie komen, kunnen hier vrijwillig aan bijdragen. Uiteindelijk hopen de onderzoekers een urinetest te maken die niet alleen kan uitwijzen of iemand (goed- of kwaadaardige) nierkanker heeft, maar ook patiënten herkent met een verhoogd risico op herhaling of uitzaaiingen. Zeg maar een supertest.
Voordat deze supertest in het ziekenhuis gebruikt kan worden, is nog veel onderzoek nodig. Maak jij dat mede mogelijk? Steun het Kankeronderzoekfonds Limburg en word Vriend!
Het laten amputeren van een borst is voor vrouwen vaak een ingrijpende ervaring. ‘Voor het oog’ kunnen tegenwoordig heel mooie resultaten worden behaald met borstreconstructies. Alleen het gevoel in de borst ontbreekt bij de traditionele ingreep en dat is voor veel vrouwen een extra verlies. Artsen van het Maastricht UMC+ hebben een manier ontwikkeld waarmee er wél gevoel behouden blijft in de nieuwe borst. Dat lijkt een grote impact te hebben op de kwaliteit van leven. De artsen willen de techniek graag verder verbeteren en wetenschappelijk aantonen wat het positieve effect precies betekent.
Borstreconstructie bij kanker en genetische aanleg
Wereldwijd was borstkanker in 2018 de meest voorkomende vorm van kanker onder vrouwen. Gelukkig overleven steeds meer patiënten de ziekte. Daarnaast is er een groeiende groep jonge vrouwen die, net als actrice Angelina Jolie, hun borsten uit voorzorg laten verwijderen. Bij hen is vastgesteld dat ze een gen hebben geërfd dat de kans op borstkanker in de toekomst flink vergroot. Beide groepen vrouwen kiezen na de operatie vaak voor een borstreconstructie. De traditionele operatie maakt het alleen niet mogelijk om ook iets te voelen in de nieuwe borst. Dat is voor veel mensen een extra verlies.
De techniek die veel kan betekenen voor vrouwen
Wat het gevoel in de borst betekent, verschilt van vrouw tot vrouw. Veel vrouwen voelen zich overvallen door het verlies van het gevoel, ze worden onzeker of verliezen zelfs het vertrouwen in hun lichaam. Dat heeft een negatieve impact op hun kwaliteit van leven. Een team artsen en verpleegkundigen van het Maastricht UMC+ ontwikkelde een manier om gevoel in de borst te behouden. Tijdens de amputatie wordt een zenuw in de borst gespaard. Deze wordt vervolgens aangesloten op een gevoelszenuw in het nieuwe borstweefsel, afkomstig van de buik van de patiënt zelf.
Onderzoek moet de resultaten bevestigen
De techniek wordt sinds een paar jaar toegepast in Maastricht en de eerste resultaten zijn veelbelovend. Vrouwen met een zenuwaansluiting lijken meer gevoel in hun borst te hebben dan vrouwen zonder. Het lijkt ook dat zij hun kwaliteit van leven hoger beoordelen. Maar voordat je dat een feit kunt noemen, moet het wetenschappelijk bewezen worden. Daarom is er een grootschalige studie opgestart. Daarnaast werkt het team aan de verdere verbetering van de ingreep.
Vrouwen die hechten aan het gevoel in hun borst, verdienen het best mogelijke resultaat. Help jij het mogelijk maken? Steun kankeronderzoek in Limburg en word Vriend!
Steeds meer mensen overleven dikkedarmkanker, onder andere dankzij verbeterde behandelingen. Helaas hebben ze daarna vaak last van lichamelijke klachten en zijn ze chronisch vermoeid. Dat heeft veel impact op hun kwaliteit van leven. Wetenschappers in Maastricht onderzoeken of anders eten en bewegen hier een positieve rol in kan spelen. Zodat ex-patiënten meer energie hebben voor de rest van hun leven. De studie heet EnCoRe, wat staat voor: ‘Energie voor het leven na ColoRectaalkanker’. Want als je kanker overleeft, wil je daar echt van kunnen genieten.
Een studie naar het effect van voeding en beweging
Dikkedarmkanker staat in Nederland op de derde plaats van meest voorkomende vormen van kanker. In 2016 ging het om 150.000 mensen. Gemiddeld 65% van hen leeft tegenwoordig vijf jaar na de diagnose nog. En de groep groeit, want door vergrijzing komt deze kankervorm steeds vaker voor. Het lijkt van groot belang dat deze ex-patiënten hun voeding en bewegingspatroon aanpassen, om de lichamelijke klachten en chronische vermoeidheid te beperken. Maar hoe dat precies zit, weten we nog niet. Daarom startte in 2012 de EnCoRe-studie.
Een unieke, rijke bron van informatie
Patiënten die klaar zijn met de behandeling tegen dikkedarmkanker in één van de de drie Limburgse ziekenhuizen, worden uitgenodigd om mee te doen aan de studie. Vijf jaar lang worden ze gevolgd. Onder deskundige begeleiding dragen ze bijvoorbeeld regelmatig activiteitenmeters en houden ze voedingsdagboeken bij. Ze worden thuis bezocht door speciale diëtisten en er wordt onder andere bloed bij ze afgenomen. Ook wordt ze gevraagd vragenlijsten in te vullen over hun kwaliteit van leven en specifieke klachten. De enorme rijkheid aan informatie over deze patiëntengroep maakt de EnCoRe-studie uniek in de wereld.
Het doel: advies op maat voor iedere patiënt
Dankzij al die informatie krijgen onderzoekers een beeld van welke leefstijl voor welke ex-patiënt het beste is. Ook leren ze welke biologische factoren een rol spelen. Zijn voedingssupplementen en extra bewegen bijvoorbeeld een goed wapen tegen chronische vermoeidheid? En kun je vooraf al zeggen, aan de hand van genetische kenmerken, of een patiënt een hoger risico heeft op negatieve gevolgen van de behandeling? Dan kan er vanaf het begin advies op maat gegeven worden aan nieuwe patiënten.
Maar daarvoor moeten nog veel meer deelnemers benaderd en gevolgd worden na het overleven van dikkedarmkanker. Maak jij dit kostbare onderzoek mede mogelijk? Steun het Kankeronderzoekfonds Limburg en word Vriend!
Als je borstkanker blijkt te hebben, is de eerstvolgende vraag: zijn er ook uitzaaiingen? Om dat te kunnen zeggen, wordt de okselklier verwijderd: de ‘schildwachtklieroperatie’. Helaas houden veel vrouwen langdurige klachten over aan deze ingreep. Terwijl na acht van de tien operaties blijkt, dat de lymfeklieren schoon zijn. Daar moet toch iets op te verzinnen zijn, dacht een groep Maastrichtse onderzoekers. Als enige in de wereld kijken zij of de schildwachtklieroperatie vervangen kan worden door een PET-MRI-scan. En dat lijkt inderdaad zo te zijn.
Onnodige bijwerkingen zijn extra vervelend
Wanneer je behandeld wordt voor borstkanker, is de kans op langdurige klachten daarna aanwezig. Heel vervelend natuurlijk, maar het is de best mogelijke behandeling die we nu kennen om borstkanker te genezen. In dat proces wordt bij de patiënt momenteel ook een okselklier verwijderd, om te kunnen zeggen of er uitzaaiingen zijn. Ook hier is een kans op langdurige klachten: een dikke arm door een ophoping van vocht (lymfoedeem), of arm- en schouderpijn, een stijve schouder of een veranderd gevoel in de bovenarm. Als dat vermeden kan worden, is het natuurlijk altijd prettiger voor de patiënt.
Een scan blijkt net zo betrouwbaar als de schildwachtklieroperatie
Daarom hebben onderzoekers van het Maastricht UMC+ een kleine studie gedaan onder twaalf patiënten met borstkanker. In een speciale scanner (PET-MRI) bekeken ze de lymfeklieren in de oksel. Het bleek dat de lymfeklieren op deze manier goed in beeld kunnen worden gebracht. Het is dus mogelijk om betrouwbaar te bepalen of er uitzaaiingen zijn van borstkanker, zonder een belastende operatie uit te voeren.
Een grotere studie moet het resultaat bevestigen
De volgende stap van wetenschappelijk onderzoek is dan: in een grotere groep mensen aantonen dat het werkt. Daar zijn de onderzoekers momenteel mee bezig. Bij 125 borstkankerpatiënten wordt een PET-MRI-scan gemaakt van de lymfeklieren. Als deze studie dezelfde resultaten oplevert als de eerste, kleine studie, wordt de nieuwe methode meteen toegepast op nieuwe patiënten in het ziekenhuis. Dat betekent een betere kwaliteit van leven, zowel op de korte als op de lange termijn. Daarnaast blijkt uit zo’n PET-MRI-scan aan het begin van de behandeling welke aanpak het beste zal werken bij deze patiënt. Twee vliegen in één klap dus!
Zo’n grote studie onder borstkankerpatiënten kost veel geld. Help jij mee dit mogelijk te maken? Steun kankeronderzoek in Limburg en word Vriend!